Motiverende gespreksvoering in 5 minuten
In dit blog lees je in 5 minuten wat Motiverende gespreksvoering is en wat dit voor de gesprekken met je leerlingen kan betekenen. Motiverende gespreksvoering is een gespreksstijl, wat uiteraard niet tot in detail uit te leggen is in 5 minuten, wel krijg je door het lezen van dit blog een goede (eerste) indruk.
Motiverende gespreksvoering is een op samenwerking gerichte gespreksstijl waarbij de focus ligt op het vergroten van de eigen motivatie voor verandering.
Veel leerlingen vertonen ineffectief gewoontegedrag. En de vragen die ik dan ook vaak krijg zijn gericht op; hoe laat ik mijn leerling inzien dat het gedrag niet handig is? Hoe motiveer ik mijn leerling om te veranderen? het gaat hierbij bijvoorbeeld om:
- uitstelgedrag;
- te laat komen;
- opdrachten te laat inleveren;
- geen huiswerk maken;
- de schuld bij anderen leggen;
- zich constant af laten leiden.
Gidsende stijl van coachen
Wanneer het gesprek met deze leerlingen aangegaan wordt, is dat vaak op een sturende manier. Jij vertelt de leerling waarom het goed zou zijn voor de leerling om te veranderen en vertelt de leerling hoe hij dat aan kan pakken. Dit gebeurt vaak vanuit de allerbeste bedoelingen van jou, je wilt de leerling heel graag helpen. Het werkt alleen averechts. Door te veel te sturen, voelt de leerling zich niet gekend in zijn autonomie en krijg je discussies. De leerling gaat voor zichzelf rechtvaardigen dat hij niet hoeft te veranderen.
Motiverende gespreksvoering is een gidsende stijl van coachen. Je gaat met de leerling in gesprek en laat de leerling nadenken over de verschillende routes en de gevolgen daarvan. Jij zorgt ervoor dat de leerling een bewuste keuze kan maken. De leerling maakt uiteindelijk zelf die keuze.
Hierboven las je al een paar voorbeelden van ineffectief gewoontegedrag. Het is belangrijk dat we ons realiseren dat het dus om gedragsverandering gaat. Gedragsverandering is moeilijk, ingewikkeld. Onze hersenen willen ons steeds terug sturen naar het gewoontegedrag dat we gewend zijn. Gedrag veranderen heeft voor- en nadelen. Dit zorgt voor tegenstrijdige gevoelens en ambivalentie. “Ik wil wel veranderen, maar….”Is er niet genoeg motivatie om te veranderen, dan zie je vaak een negatieve spiraal ontstaan.
Rian is in gesprek met zijn docent over uitstelgedrag. Rian twijfelt nog of hij hier wel echt wat aan wil veranderen. Zijn docent heeft hem in het gesprek duidelijk gemaakt dat hij echt moet veranderen. Ergens weet hij dat zelf ook wel, maar... Ze hebben de afspraak gemaakt dat hij elke schooldag 30 minuten aan zijn verslag gaat werken, zodat hij het dit keer niet op het laatste moment hoeft te doen. De dag na het gesprek heeft Rian steeds een stemmetje in zijn hoofd dat hij nog aan zijn verslag moet werken. Hij heeft er niet echt zin in. Een ander stemmetje in zijn hoofd zegt 'Je hoeft nu echt niet 3 weken van tevoren te beginnen, dat is wel erg overdreven, als je morgen begint, dan red je het ook wel.' Gevolg: Rian stelt het steeds uit. Ondertussen voelt hij zich wel slecht over zichzelf omdat hij het steeds uitstelt, hij veroordeelt zichzelf en baalt ervan dat hij dit tegen de docent moet vertellen.
Dit is een negatieve spiraal die vaak ontstaat bij gedragsverandering. Een innerlijke strijd, die vaak ook nog eens heel veel energie kost. En waardoor de leerling in 'niemandsland' blijft hangen, er gebeurt niks... Het is de kunst om deze spiraal te doorbreken. Dit lukt niet door je leerling te gaan overtuigen dat hij het echt anders aan moet gaan pakken. Dit lukt wel door eerst de motivatie van je leerling te vergroten. Eerst moet de motivatie er zijn om wat aan het ineffectieve gedrag te gaan doen, pas dan heeft het zin om te gaan kijken hoe de leerling hier stap voor stap mee aan de slag kan gaan.
Oké eerst die motivatie vergroten dus. Dat betekent dat je daar tijd voor moet maken. Wat wel eens wat tegenstrijdig kan voelen, je ziet hier namelijk niet direct effect van. Uiteindelijk zie je er veel meer effect dan. In het begin tijd steken in de motivatie, zorgt ervoor dat je uiteindelijk meer resultaat kunt behalen met je leerling.
Belangrijk bij deze gesprekken zijn de spirit (basishouding), gesprekstechnieken en processen in een gesprek.
De spirit van MGV is de basis van de gesprekken (Miller & Rollnick, 2018). De spirit leer je geleidelijk, door het voeren van gesprekken. Zonder deze spirit wordt MGV een trucje, een manier om mensen ertoe te bewegen iets te doen wat ze niet willen. Daarom is het belangrijk om heel bewust te zijn van deze basishouding.
Basishouding van Motiverende gespreksvoering:
- samenwerking: tijdens de gesprekken is er een gelijkwaardige samenwerking met de leerling. De professional stelt zich op als een nieuwsgierige onderzoeker. Je doel is om de ander te begrijpen zonder hier je eigen visie op te plakken.
- acceptatie: respect hebben voor de autonomie van de ander. Acceptatie voor wat de leerling zegt. Dit betekent niet dat je alles wat de leerling zegt goedkeurt of je neerlegt bij de situatie van de leerling. Het doet er alleen niet toe wat jij ervan vindt.
- compassie: het belang van de ander staat voorop. Je actief inzetten voor het welzijn van de ander.
- ontlokken: ieder mens heeft de argumenten en mogelijkheden om te veranderen al in zich. Als professional ga je dit ontlokken zodat de leerling verandertaal uitspreekt. Verandertaal is alle taal die pleit voor veranderen, je kunt het zien als zelfmotiverende uitspraken. Verandertaal die door de leerling zelf uitgesproken wordt is vele malen krachtiger. Leerlingen willen best veranderen, maar niet veranderd worden.
MGV maakt gebruik van de volgende 5 gesprekstechnieken:
- open vragen stellen. Op die manier krijgt de ander de ruimte om te denken en te spreken.
- reflectief luisteren. Op die manier voelt de ander zich begrepen en wordt aan het denken gezet.
- bevestigen op de persoonlijke effectiviteit van de leerling. Op die manier stijgt het zelfvertrouwen. Het is belangrijk dat de leerling zelf gelooft dat de verandering mogelijk is.
- samenvatten: Op die manier voelt de ander zich begrepen en blijft de focus duidelijk.
- informatie geven. Op die manier kan de ander een goede keuze maken. Bij het geven van informatie worden nieuwe perspectieve uitgelegd en ontlokt in plaats van opgelegd. “Neem wat je wilt en laat de rest maar liggen.”
Processen in een gesprek:
- engageren: dit is het aangaan van de samenwerkingsrelatie met je leerling. Hier begin je elk gesprek mee, dit blijft tijdens het hele gesprek belangrijk.
- focussen: in deze fase wordt het doel van het gesprek duidelijk. Dit is de richtlijn tijdens de rest van het gesprek.
- ontlokken: het doel van deze fase is het ontlokken en versterken van verandertaal. Je wilt zoveel verandertaal ontlokken dat de ander echt wil gaan veranderen.
- plannen: als je zoveel verandertaal hebt ontlokt dat de ander echt wil gaan veranderen, dan ga je naar de fase van een plan maken. Een plan wat voor de leerling haalbaar voelt en waar deze ook echt mee aan de slag wil gaan.
Sinds ik Motiverende gespreksvoering toepas bij mijn leerlingen, voer ik hele andere gesprekken. In plaats van dat ik heel hard aan het werk ben om de leerling in actie te krijgen, is de leerling nu vooral aan het woord tijdens gesprekken. Leerlingen leren om veel bewuster te zijn van de dingen die ze wel/niet doen en wat de gevolgen hiervan zijn. Ze gaan hierdoor veel bewuster aan de slag met hun plan. En halen uiteindelijk veel meer resultaat. Maar bovenal hebben ze beseft dat ze altijd zelf een keuze hebben en dat ze hier zelf de regie over kunnen pakken.
Wil je hier meer over lezen? Bestel dan mijn boek: 'Motiveer en leer!' In dit boek speelt het vergroten van de motivatie en Motiverende gespreksvoering een belangrijke rol. >> bestel 'Motiveer en leer!'